Op 1 april stapte ik beladen met bagage en vermoeid na een lange treinreis op het perron van Oxford Station; mijn buitenlandse avontuur was begonnen. Zoals menig promovendus leek het ook mij leuk en verstandig wat internationale ervaring op te doen, en Oxford is daarvoor een zeer geschikte plek. Tijdens mijn verblijf hier van drie maanden werk ik aan mijn proefschrift (een commentaar op het 13e boek van het epos Punica van Silius Italicus). Mijn thuisbasis is een groot internationaal huis – ik kan niet zeggen studentenhuis, want naast studenten en promovendi lopen hier ook genoeg doctoren rond, en men komt van over de hele wereld (Noorwegen, Libanon, Taiwan, Colombia en een behoorlijk aantal uit India, om maar enkele landen te noemen).
Er heerst in deze stad een uitstekend werkklimaat; iedereen werkt er hard, wat het gemakkelijker maakt om zelf ook veel uren te maken en bladzijden te schrijven. Iedere dag weer een lastige beslissing: naar welke bibliotheek zal ik nu weer gaan? (Ik heb me laten vertellen dat er zo’n 100 zijn.) Ik heb plechtig, voor de camera, in het Nederlands, moeten beloven dat ik niets van de collectie zal beschadigen, bekrassen of verdonkeremanen; in ruil daarvoor heb ik een pasje gekregen dat mij toegang biedt tot de meeste gebouwen en boeken. Bijna alles wat ik zou kunnen willen raadplegen is hier aanwezig, en het meeste daarvan ook nog zo op de planken op één of meerdere van de locaties; en het centrum is niet groot, dus alles is dicht bij elkaar. Soms ga ik naar de grote leeszalen van de beroemde Bodleian Library, de overkoepelende bibliotheek hier, waar lange kastenwanden de bezoeker imponeren. Meestal ga ik echter naar de kleinere, ronde, Sackler, grotendeels gespecialiseerd in de klassieken, waar meer dan driekwart van wat ik nodig heb te vinden is. Heel anders dan de strakke statigheid van deze gebouwen is de charme van het oude college waaraan ik verbonden ben, het Corpus Christi College, waar tussen de prachtige historische boekenkasten nog een glimp op te vangen is van de kapel.
Wanneer de maand mei aanbreekt, start ook de laatste ‘term’ van dit jaar en is het met de aanwezigheid van alle studenten duidelijker drukker. Op diverse plekken worden lezingen gehouden die ik kan bijwonen. Dit is een mooi seizoen om hier te zijn; het weer is aangenamer (dit jaar zelfs buitengewoon goed, net als in Nederland), wat ook iedereen vrolijker lijkt te maken, en uitnodigt tot activiteiten in de groene omgeving van Oxford. Ik heb nu ook iets kunnen meemaken van de gekte rond de Royal Wedding (het zorgde er echter wel voor dat ik niet veel meekreeg van gebeurtenissen in de rest van de wereld – de kranten schreven over bijna niets anders). Oxford is een inspirerende stad; ik kan iedereen aanraden hier ook eens te komen voor een langer of korter verblijf.
Persoonlijke pagina Michiel van der Keur
Geen opmerkingen:
Een reactie posten